Boeken

1876 - Jehovah Magnified

Auteur: George Müller.

George Müller is geboren als Johann Georg Ferdinand Müller op 27 september 1805 in Kroppenstädt, Duitsland. Hij was een evangelische theoloog, filantropist en directeur van ‘the New Orphan Houses’ in Ashley Down, in het noorden van Bristol, Engeland.

 

 

Op 21 jarige leeftijd besloot George Müller om zich te wijden tot het missiewerk. In 1828 werd hem een aanstelling aangeboden bij de London Society for promoting Christianity among the Jews - de Londense Vereniging voor het promoten van het Christendom onder de Joden. Hij arriveerde in maart 1829 in Londen om er Hebreeuws en Chaldeeuws te leren en om het missiewerk op te nemen. In 1830 verliet hij de Vereniging omdat hij bepaalde regels niet kon aanvaarden. Hij werd predikant in de kleine gemeente Teignmouth. Twee jaar later trok hij met zijn vriend Henry Craik naar Bristol waar hij predikant werd in de Bethesda Chapel. De Bethesda Chapel behoorde tot de ‘Vergadering van Gelovigen’ of darbisten, naar John Nelson Darby die zich van de Anglicaanse kerk afscheidde in de 19de eeuw. De Vergadering van Gelovigen wordt gezien als een evangelische beweging binnen het protestantisme. In 1848 verliet Darby deze gemeente waardoor de ‘Open Brethren’ of ‘Open broeders’ ontstonden waar Müller zijn hele leven trouw aan bleef.

Vanaf 1875 ondernam Georg Müller zendingsreizen door Amerika, Europa, Azië en Australië. Hij behoorde tot één van de leidinggevende mannen van de Heiligingsbeweging, een beweging binnen het evangelisme die leert dat de menselijk natuur bevrijd kan door geloof in Jezus Christus en de kracht van de Heilige Geest. Er wordt ook geleerd dat wanneer een gelovige zijn zonden vergeven zijn, dan krijgt hij ook de kracht om rein van hart te blijven en niet meer te zondigen.

George Müller overleed op 10 maart 1898 in Bristol. Hij werd 92 jaar. Hij was tweemaal gehuwd en had 2 kinderen, waarvan er één op eenjarige leeftijd overleed.

Boek: In 1876 gaf hij het onderstaande boek ‘Jehovah Magnified’ uit – ‘Jehovah Verheerlijk’ waarin behalve in de titel ook in de tekst de goddelijke naam terug te vinden is.

 

Het boek:

 

 

 

Bladzijde 306 en 307...

 

naar boven